Nooit echt vat op verhaal van ons leven

Je loopt met Patrick Modiano door zijn universum, de straten van Parijs. De namen van de straten en de huizen zijn controleerbaar. Zo is het even zoeken maar het huis op boulevard Kellerman ligt inderdaad tegenover de begraafplaats Gentilly aan de boulevard Périphérique, de ceintuur rondom Parijs. Dan is er de opsomming van namen van personages, die vrijwel altijd schimmige randfiguren zijn. Ze worden in enkele woorden geschetst, maar zodanig dat ze ook onze kennissen zouden kunnen zijn.
In Slapende herinneringen maken we achtereenvolgens kennis met Martine Hayward, met de dochter van Stioppa, Mireille Ourousov, Geneviève, haar broer, Madeleine Péraud, die veel op heeft met het esoterische werk van George Ivanovitch Gurdijeff, mevrouw Hubertsen en een naamloze vrouw, wier identiteit hij nog altijd niet wil prijs geven, zelfs niet na vijftig jaar.
In deze korte roman lijkt het leven van de verteller parallel te verlopen aan dat van Modiano. Er worden enkele jaartallen genoemd. Zo is de verteller in 1962 17 jaar. Jean Patrick Modiano werd in 1945 geboren. Overigens stond zijn wieg niet in Parijs, maar in de Parijse voorstad Boulogne-Bilancourt. Modiano’s ouders ontmoetten elkaar in de oorlog. Moeder Louisa Colpijn was volgens de een Belgische actrice, volgens een ander een Nederlandse of zelfs een Hongaarse. Vader was een Joods-Italiaanse man, geboren in Alexandrië en volgens andere bronnen een Fransman. Na de oorlog zou vader een wat louche sjacheraar zijn geweest. De vader in Modiano’s romans wordt in elk geval vaak als zodanig beschreven. En ook in Slapende herinneringen komt vader naar voren als een mogelijke crimineel, die contacten heeft met Russische zwarthandelaren.
onduidelijk
Een van deze Russen is Stioppa en die geeft de verteller het telefoonnummer van zijn dochter, maar tot een ontmoeting komt het niet. ‘Heel lang ben ik er van overtuigd geweest dat echte ontmoetingen alleen op straat mogelijk waren’, zegt hij als die ontmoeting er nooit komt. Wel ontmoet de verteller Mireille Ourosov, die tijdelijk in het vrijwel lege appartement van zijn moeder verblijft. Geneviève ontmoet hij in een ochtendcafé en zij brengt hem in contact met Madeleine Péraud en via haar is er weer contact met mevrouw Hubertsen. Wat er precies in die contacten plaatsvindt, blijft onduidelijk. Ze lijken vooral op voorbijgaande ontmoetingen. Behalve dan dat Geneviève een broer heeft die met zijn kompanen mogelijk iets kwalijks van hem wil. Zes jaar later ontmoet hij Geneviève opnieuw. Zij heeft dan een kind. De herkomst van het kind blijft onduidelijk.
Maar er is veel meer ongewis. Er zijn herinneringen, maar ‘elke herinnering is een stukje van de puzzel, maar er ontbreken er heel veel, zodat de meeste niet bij elkaar passen’. Daarmee krijg je ook nooit helemaal vat op het verhaal. Dat is ook ons leven. We blijven zoeken naar onze identiteit en misschien zelfs wel naar onze afkomst. Dit zoeken naar de feiten rondom wazige herinneringen komt voortdurend terug in Modiano’s werk. Niet voor niets is de verteller vaak een detective, of een hulpje van een detective of anders wel een schrijver. Altijd is hij in de weer met een aantekenboekje om zijn geheugen te onderzoeken of te reconstrueren. Er is vaak ook iets ernstigs dat onderzocht moet worden. Niet alleen het verdwijnen van personages uit je leven, maar ook de beraming of zelfs een daadwerkelijke moord.
Ook in Slapende herinneringen wordt iemand vermoord. Ludo F. wordt per ongeluk doodgeschoten door een naamloze vrouw, die hulp bij de verteller zoekt om te ontvluchten en die ook krijgt. De identiteit van de moordenaar wordt nooit ontdekt en de stommiteiten van de verteller die de politie op het spoor had kunnen zetten, komen evenmin aan het licht. Twintig jaar later ontmoet hij de moordenares weer. Zij heeft een ongeluk gehad en kan zich het voorval uit 1965 niet herinneren. En nu, in 2017, worden zijn herinneringen gewekt door een toevallig gevonden agendablaadje in een roman. Of dat het juiste herinneringen zijn, is niet te zeggen, en al probeert de verteller het, ook niet helemaal na te gaan. ¦
Patrick Modiano (vert. Maarten Elzinga). Uitg. Querido, Amsterdam 2018. 111 blz. € 17,99
+ briljante stilistische eenvoud
+ schets van de wazigheid van onze herinneringen

