De beste diplomaten hebben geen diploma’s
Vijf weken lang reisde Robert Gersony rond in Rwanda. In augustus vonden de laatste slachtpartijen van de genocide nog plaats. De Amerikaan en zijn door de UNHCR ingestelde team zagen 91 gruwelijke plekken, spraken ruim tweehonderd mensen en waren bij honderd dorpsvergaderingen. Korte tijd later was er een volstrekt feitelijk ‘Gersony Report’, waarin stond dat de RPF van Paul Kagame, in westerse ogen de bevrijders en nu nog aan de macht in Rwanda, moedwillig en zonder militaire noodzaak 25.000 tot 45.000 mensen had vermoord, doorgaans Hutu’s of oppositionele Tutsi’s. Details lekten uit via de media; de VN betitelde het rapport bij navraag als ‘niet bestaand’. De betrekkingen met Kagame waren belangrijker.
Precies drie jaar later was Gersony terug in de regio. Hij schreef een baanbrekend nieuw rapport waarin grondig verslag werd gedaan van een geheimzinnige beweging in het noorden van Oeganda: Het Verzetsleger van de Heer. Dat rapport mocht wel. Het was dan ook een opdracht van de Amerikaanse ambassade in de hoofdstad Kampala.
In zijn lange loopbaan als freelance diplomatiek veldonderzoeker interviewde Gersony achtduizend mensen tijdens 54 reizen en onderzoeksmissies. Opdrachtgevers waren vaak VN-onderdelen, Amerikaanse overheden en hulpkorpsen als USAID. Zijn rapporten werden zo gewaardeerd dat hij bij terugkomst soms meteen bij de ministers of president langs moest om zelf verslag te doen.
Het nut van zijn werk was dat de menselijke verhal..
Meld u aan voor onze nieuwsbrief en lees dit artikel gratis
Bij het aanmelden gaat u akkoord met onze privacyverklaring en de algemene voorwaarden .